Wireless LAN-verbindingen
Belangrijk: Schakel altijd een van de beschikbare encryptiemethoden in om de beveiliging van uw draadloze LAN-
verbinding te vergroten. Het gebruik van encryptie verkleint het risico van onrechtmatige toegang tot uw gegevens.
Om wireless LAN te kunnen gebruiken, moet u een internettoegangspunt in een wireless LAN maken. Gebruik het toegangspunt
voor toepassingen die een internetverbinding nodig hebben. Er wordt een verbinding met een wireless LAN tot stand gebracht
wanneer u een gegevensverbinding maakt met behulp van een wireless LAN-toegangspunt. De actieve wireless LAN-verbinding
wordt verbroken wanneer u de gegevensverbinding verbreekt. U kunt de verbinding ook handmatig verbreken.
Zie
'Verbindingsbeheer', p. 58.
U kunt wireless LAN gebruiken tijdens een telefoongesprek of wanneer packet-gegevens actief zijn. U kunt met slechts één
wireless LAN-toegangspunt tegelijk verbinding hebben, maar verschillende toepassingen kunnen wel hetzelfde toegangspunt
gebruiken.
Wanneer het profiel
Offline
actief is, kunt u gewoon wireless LAN blijven gebruiken (indien beschikbaar). Zorg ervoor dat u
voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften bij het tot stand brengen en gebruiken van een verbinding met een wireless
LAN.
Als u het apparaat naar een andere locatie verplaatst binnen het wireless LAN en buiten het bereik van een wireless LAN-
toegangspunt, kan de roamingfunctionaliteit automatisch een verbinding tot stand brengen tussen het apparaat en een ander
toegangspunt dat tot hetzelfde netwerk behoort. Zo lang u binnen het bereik van toegangspunten blijft die tot hetzelfde
netwerk behoren, kan de verbinding tussen uw apparaat en het netwerk in stand blijven.
Tip: U kunt het unieke MAC-adres (Media Access Control) controleren waarmee uw apparaat wordt aangeduid,
bijvoorbeeld om het MAC-adres van het apparaat te configureren voor een WLAN-router, door *#62209526# in te
voeren via het toetsenbord van het apparaat. Het MAC-adres wordt in het display weergegeven.